PARTNERORGANISATIE NEDERLANDS RODE KRUIS

“Samenwerking verder intensiveren”

Bij incidenten en calamiteiten trekt Veiligheidsregio Noord-Holland Noord – óók als het gaat om bevolkingszorg – regelmatig met andere partijen op. Een ervan is het Nederlandse Rode Kruis, dat voor de GHOR en bevolkingszorg vrijwilligers kan inzetten bij incidenten. Code Oranje sprak met coördinator noodhulp Koert van Riemsdijk.

Wat is en doet het Nederlandse Rode Kruis?

“Het Nederlandse Rode Kruis is de Nederlandse nationale aftakking van het Internationale Rode Kruis en verleent hulp. In Nederland zijn we verdeeld in districten die overeenkomen met de gebieden die de veiligheidsregio’s bestrijken. Het Rode Kruis bestaat voornamelijk uit vrijwilligers, ik werk er als een van de weinige beroepsmensen. Dat is sinds begin dit jaar, daarvoor was ik ook vrijwilliger. Als coördinator stuur ik onze noodhulpteams aan, de vroegere SIGMA-teams. Waar het nodig of gewenst is, worden deze noodhulpteams gealarmeerd door de Officier van Dienst Geneeskundig of de meldkamer. Noodhulpteams komen onder ‘prio 1’ ter plaatse en bestaan uit vier tot acht mensen, gericht op de zorg voor lichtgewonden. Op die manier helpen we de ambulancemedewerkers te ontlasten, zodat zij zich kunnen richten op slachtoffers die onmiddellijke medische zorg nodig hebben.”

“Meer bekendheid betekent dat de samenwerking adequater en effectiever wordt”

Hoe is de samenwerking met Veiligheidsregio Noord-Holland Noord?

“De verstandhouding is uitstekend en we trekken sinds enige tijd meer met elkaar op dan in het verleden het geval was. De komende maanden staat een reeks presentaties op het programma, waarin we als Rode Kruis meer vertellen over onze organisatie en wat we voor de veiligheidsregio kunnen betekenen. Uitleggen wat de afspraken zijn en wat we allemaal doen. Zo hebben wij onder de naam Ready2Help bijvoorbeeld burgerhulpverlening georganiseerd: een landelijk netwerk van 40.000 mensen die te hulp schieten als de situatie daarom vraagt. Van zandzakken leggen bij een dreigende overstroming tot hulp aan ouderen in een hittegolf tot assistentie voor ziekenhuizen tijdens een griepgolf. Kortdurende hulpverlening, uitgevoerd door mensen die niet de ambitie of de tijd hebben elke week te trainen. Wij willen daar officieren van dienst en andere piketfunctionarissen graag over informeren, zodat breed bekend is wat wij kunnen bieden, hoe en wanneer wij kunnen worden ingeschakeld.”

Blijft het bij presentaties?

“Verdere intensivering van de samenwerking staat op de agenda. In Noord-Holland Noord beschikken we over zo’n 800 vrijwilligers en circa 1.000 burgerhulpverleners. We zijn een partij die ertoe doet en die kan helpen. We zijn – landelijk zowel als regionaal – een volwaardig lid van de rampenbestrijding, oefenen mee in scenario’s en trainen zo ook onze eigen piketdienst. Ik wil dat verder intensiveren. Jaarlijks zijn er in Noord-Holland 800 evenementen waarbij wij aanwezig zijn, van de wandelvierdaagse tot muziekfestivals tot de kaasmarkt. En we blijken van grote meerwaarde zijn. Met de noodhulpteams, maar we kunnen ook helpen met evacuaties en opvang: binnen anderhalf uur leveren we 200 bedden bij een opvanglocatie, binnen drie uur 1.200 bedden. Onze teams voor bevolkingszorg, die ingeschakeld kunnen worden bij opvang, zijn binnen een uur in de regio operationeel. Je ziet de laatste jaren in verschillende regio’s in het land een toename van inzetten door het Rode Kruis bij incidenten. Van opvang van getroffenen tot zoekacties met de politie of ondersteuning bij ontruimingen.”

Is de uiteindelijke bedoeling de samenwerking uit te bouwen?

“Wat ons betreft absoluut! Het Rode Kruis ontwikkelt nieuwe vormen van dienstverlening. We willen daaraan graag meer bekendheid geven binnen de veiligheidsregio, zodat we nog sneller worden ingeschakeld dan nu gebeurt. Die extra bekendheid is nodig. Ik signaleer regelmatig onbekendheid met de dingen die we doen. Tot voor kort was bijvoorbeeld helemaal niet bekend dat we in korte tijd honderden bedden kunnen leveren. Daarnaast beschikken we over een eigen verbindingsdienst met een landelijk netwerk dat we snel operationeel kunnen hebben. Ook dat weten veel mensen niet. Meer bekendheid betekent dat de samenwerking adequater en effectiever wordt.”